Mobilisatie


Gerrit van den Hoogen in 't Esters Broek' met soldaten ten tijde van de mobilisatie.


Eind augustus 1939 kwam de dreiging van een Tweede Wereldoorlog heel dichtbij.  Duitsland stond op het punt Polen aan te vallen. Nederland hoopte weer neutraal te kunnen blijven, maar voor de zekerheid mobiliseerde men toch. Vele lichtingen soldaten werden opgeroepen en in Escharen werd het heel erg  druk. Overal kreeg men daarom inkwartiering. Als onderdeel van de Peel-Raamstelling werd het defensiekanaal werd gegraven. Kazematten verrezen langs dat kanaal en langs de Raam. Kilometers lange verdedigingslinies, loopgraven werden gegraven en prikkeldraadversperringen werden aangebracht. Dit alles moest ook door de militairen bewaakt en beveiligd worden.


Militairen tijdens de mobilisatie in de smederij van Grad van der Burgt.

Midden op de foto, Mies Heijl uit Cuijk, die hier toen als smidsknecht werkte.


Luchtbeschermingsplan der gemeente Escharen, 1938:

 


Militairen voor het pakhuis van de NCB (later werd dit het eierpakhuis en nu bankgebouw) aan de St. Machutusweg. Op de achtergrond de woning van Sjaak Kuipers, St. Machutusweg 6. 


Telegram: Den Haag/Escharen, 1 sept. 1939:

Aan de Burgemeester van Escharen. Bij Koninklijk besluit van 1 september 1939 is met ingang van heden het gehele grondgebied des Rijks in staat van oorlog verklaard -stop- handel overeenkomstig mobilisatie voorschrift burgemeesters artikelen 38 tweede lid, 41 en 53 -stop- aanplakken van formulieren afkondiging staat van oorlog en biljetten voornaamste bepalingen.


 

Als onderdeel van de Peel-Raamstelling werd de inundatie van het Raamdal in de nazomer van 1939 uitgevoerd. De Raam trad buiten zijn oevers en zo werd een strook van 100 tot 400 meter breedte onder water gezet, met langs de oevers prikkeldraadversperringen. De winter van 1939-1940 was echter dermate streng dat alles bevroor. Militairen waren dus dag en nacht bezig met ijs te hakken om zo de Raam ijsvrij te houden. Een taak waar ze niet 'warm voor liepen'.
Op de ondergelopen en bevroren weides was het echter wel mooi schaatsen, voor de militairen en de dorpsbewoners. Op de foto hieronder is te zien dat de militairen ook nog tijd hadden voor wat sneeuwpret. In de verte is de molen van Escharen nog vaag zichtbaar.

 

.


Cornelis Derks(Knelis de Jager) met zijn korte kar vol militairen aan de Schrijfakkerweg.

Knelis was vaak met paard en kar op stap omdat hij ook de 'romme voer'.


1939: Jo van den Hoogen met militairen op de Hoogeweg.


Wim vd Hoogen (1932) vertelt het volgende:

Overal in het dorp, op de Hoogeweg en langs de Raam waren militairen op de been. Ze werden ter plekke voorzien van versnaperingen door lui met een bakfiets. Wij als kinderen waren er dan ook als de kippen bij. Onder de soldaten was de KWATTA-chocoladereep nl. erg geliefd. Op de wikkel van deze reep stond een soldaatje afgebeeld. Er was toen een spaaractie, bij 10 ingeleverde 'soldaatjes' kreeg men 1 reep gratis. Als de soldaten dus een KWATTA kochten en de wikkel verfrommeld op de grond gooiden, raapten wij die snel op. De gevonden wikkels werden bij elkaar gelegd en ingeruid voor 1 reep, die we vervolgens samen deelden.

KWATTA was een heerlijke tractatie voor ons!

 


Inkwartiering

Ingekwartierde soldaten op een gevorderde hooizolder als zijnde hun slaapplaats.


"...Ik zit hier in Escharen, een 1e klas negerij...."


Al de militairen die door de moblisatie hier kwamen, moesten natuurlijk ergens onderdak krijgen.

Op de boerderijen hier werd plaats gemaakt in de stallen en schuren. Ook de hooizolders werden gebruikt om plaats te bieden aan alle manschappen. 

 

De officieren en onder-officieren kregen in menig huis de “goei kamer”. De hoogste rangen werden onder gebracht bij de notabelen in ons dorp. Zij verbleven in de Pastorie, bij het hoofd der school Meester Bongaards, bij de gemeentesecretaris Martien Peeters en bij veldwachter Beuvink.

Hiervoor kreeg men een vergoeding die afhankelijk was van de rang der militairen. Een hoge rang stond voor meer vergoeding en waarschijnlijk dus ook voor meer luxe en beter eten. Die bedragen varieerden van   f 1,- tot f 2,- per persoon per dag.

Voor het stallen van paarden kreeg men f 0,05 per dag. Voor de manschappen die verbleven in schuren of op hooizolders was dat  f 0,10. De maaltijden voor deze soldaten werden bereid in gaarkeukens.


Tijdens de mobilisatie zijn soldaten o.a ingekwartierd in het fanfarezaaltje naast de woning van Gemeentesecretaris Martinus Peeters. Hier komt een van de soldaten 's ochtends water halen. Op de foto zien we verder van links naar rechts: Jo, Mia, Truus en Martinus Peeters.


Het gezin van Cis Theunissen in de Maurik (A48) met de bij hen ingekwartierde soldaten op de foto.

v.l.n.r.: Cis Theunissen, Kee Theunissen- Manders, kinderen: Tonia, Annie, Toon en Miet.

(foto Felix Walter Langenboom)


Vanaf 14 september 1939 verbleven er vele militairen op Campagne De Russendaal. Dit buitenhuis van de paters Jezuïeten, het grote gebouw in het beboste terrein, leende zich daar uitstekend voor.

Hier op de foto, gemaakt in de winter van 1939-1940, met buurjongetje Theo Lukassen met banjo.

(foto Felix Walter Langenboom)


Mobilisatie 1939: Militairen waren ingekwartierd in "Het Oude Hoekske",

Escharen van wed. C van den Hoogen. 


Op 2 janari 1940 breekt er brand uit bij Café, Bakker Van Raay. Alle toegesnelde hulp, waaronder veel soldaten die in het dorp ingekwartierd lagen, hebben niet kunnen voorkomen dat de zaak tot de grond toe afbrandde.