Buurtschap Hall


Hall op kaartuitsnede Verhees 1770


Al rond het jaar 1200 wordt de naam Hall in oude documenten genoemd.

Klooster Mariënweerd uit Beesd had hier op Hall grote abdijhoeve: De Zandvoort, De Logt, De Schaapsdijk, Hooghal en De Krakenburg.

De stad Grave en de abdij Mariënweerd hadden in 1330 al enige jaren grote geschillen over het eigendom en grenzen van de landerijen op Hall. Ze riepen er Otto, Heer van Cuijk, als grensrechter bij. Dat was voor de inwoners van Zeeland, Reek en Velp van groot belang.  Zo werd duidelijk waar de schapen mochten grazen en tot waar men plaggen mocht steken.
In 1340 bezat abdij Mariënweerd in Hall ongeveer 316 morgen grond. (Een morgen was ong. 80 are). Hiervan was 250 morgen onontgonnen en 66 morgen ontgonnen grond.

Door de nabijheid van Grave waren strooptochten van soldaten een grote plaag voor de bevolking en de abdijhoeven. In 1574 was de abdij zo arm geworden, dat ze de boerderijen verpandden.

Kaart uitsnede Mariënweerdse goederen, met links de Hooge Raam als grens.

 

In 1590 werden alle boerderijen totaal verwoest en brandden tot de grond toe af. Ze werden toch weer opgebouwd. In 1602 werd Grave veroverd door Prins Maurits van Oranje-Nassau, de opvolger van Willem van Oranje en viel het gebied hier in Protestantse handen. Deze prins Maurits nam in 1613 de oude abdijboerderijen in bezit en werden vanaf die tijd de Nassause Domeinhoeven, oftewel Princehoeven, genoemd.
Bij de gemeentelijke herindeling in 1942 ging het gebied Mariënweerd naar Langenboom, Gemeente Mill.

 

Meer lezen over deze Mariënweerdse goederen kunt u op de site van
'Felix Walter', Heemkunde Langenboom. Hier de link naar Abdijboerderijen en naar de pagina Kroondomeinen.


In het huidige landschap ziet men nabij de Schaapsdijk nog een 'landweer'. Hij geeft nog een gedeelte van de grens om de Mariënweerdse goederen aan.


Kartuizerhoeve 1478-1617

De Hooge Raam werd vaak gezien als grens tussen Reek en Escharen.
De Kartuizerhoeve lag in buurtschap Hall, langs de Hooge Raam. De abdijboerderij had percelen grond tussen de Halsche Beek en de Reekse Heide. Gronden dus die zowel tot de Gemeente van Escharen als wel Gemeente Reek behoorden.
Huidige boerderij De Bus, aan Busweg 3 in Escharen, blijkt na grondig onderzoek de voormalige Kartuizerhoeve 'Hof Ter Heyden' te zijn

Lees hierover meer op de pagina: Kartuizers in Escharen en de pagina van boerderij De Bus.

 


Kapel op Hall

Gehucht Hall afgebeeld met kapel op een kaart uit 1684
Bron: Nationaal Archief

 

De kapel, ingewijd in 1532 en gewijd aan Maria en Sint Stephanus, diende zowel de lokale bevolking als abdijbroeders. Rond het jaar 1200 lagen hier op Hall vier abdijhoeves van Mariënweert, later gevolgd door een bouwhof van de Kartuizerorde uit Vught.

De kapel was vooral belangrijk wanneer de hoofdkerk in Escharen door wateroverlast van de Beersche Maas onbereikbaar was.
Aan de huidige Busweg ligt nog steeds een perceel grond dat in de volksmond De Pellenkamp genoemd wordt.

Lees hier meer over de kapel op Hall.


Kampement op Hall in 1602

 

In 1602 kreeg Prins Maurits van de Staten-Generaal de opdracht om Grave te heroveren, dat destijds in Spaanse handen was. Er werden drie grote legerkampen ingericht, die onderling werden verbonden door schansen, redoutes, wallen, greppels en grachten: de circumvallatielinie.
Hier, op Hall, lag het kampement van Graaf Willem Lodewijk van Nassau. 
'tusschen Esseren ende Velp aende duynen ende 'tCapelleken'.

 

Zie pagina Circumvallatielinie en Zuiderwaterlinie


Zandvoortsestraat

Aanbesteding Zandvoortsestraat 1802

 

De Zandvoortsestraat speelde in de ontwikkeling van Hall een belangrijke rol. Deze weg maakte onderdeel uit van de verbinding naar Den Bosch, via de molen van de Reek, en de andere kant op naar Mill en de rest van het land van Cuijk. Bij boerderij de Zandvoort was ook een afslag naar Zeeland, de Graafseweg. Langenboom, en dus de Eikelaan, bestond nog niet.
Bij de Zandvoort moest men de Hooge Raam oversteken. Hier was een doorwaadbare plaats, een zogenaamde voort. Pas later kwam hier een brugje. In bovenstaande tekst is te lezen dat die in 1802 aan vervanging toe was. 


School op Hall

Woning Liekeshoekschestraat 3, waar voorheen de school op Hall was gevestigd.

 

In november van het jaar 1840 komt er een 'Winterschool' op Hall. Deze noodschool was alleen in de wintermaanden open, en wel van 15 november tot 15 mei.
De belangrijkste reden hiervoor was de jaarlijks terugkerende overlast van de Beersche Maas. Voor de schoolgaande kinderen was het dan alleen mogelijk om per roeiboot de school in de kom van het dorp te bereiken.
Aan de huidige Liefkenshoeksestraat 3, had het Armenbestuur een huisje in eigendom, het achterhuis werd als schoollokaal ingericht.

In 1854 werd besloten wegens het groeiend aantal leerlingen aan die zijde van de Raam, de school het gehele jaar open te stellen. Er is dan geen sprake meer van een Winter- of Noodschool. Men spreekt dan van een  Hulp- of Bijschool.

 

Lees meer hierover op de pagina: School op Hall


Hall was een welvarend buurtschap, met eeuwenoude abdijhoeves en voorname grote boerderijen zoals de Groot en de Kleine Mulder, Den Hoek, de Schrijfakker, de Zandvoort en de Krakenburg.
Er was een smid, en een schoenmaker. Verder wat winkeltjes en twee herbergen. En enige tijd dus zelfs een kapel en een school. 
De naam Hall is jammer genoeg bijna helemaal verdwenen.


Zicht op Schrijfakkerweg, Liefkenshoekschestraat en Busweg

Voorheen Hall en nu De Lage Heide.

foto Waterschap Aa en Maas, juni 2024